Schoolreglement Schooljaar 2024-2025
SCHOOLREGLEMENT 2024 - 2025
pedagogisch project
Instellingsnummer 0722 883 689
Steinerschool Het leerhuis, Opitter
Opstraat 90, 3960 Bree
secretariaathetleerhuis@gmail.com
Facebook Steinerschool Het Leerhuis
WELKOM
Beste ouders,
Welkom op onze school.
We willen op onze school met elkaar een mooie, warme en veilige omgeving creëren, waar kinderen zich naar best vermogen kunnen ontwikkelen.
Om dit te kunnen bereiken zijn er afspraken nodig waar wij ons met elkaar aan houden.
Als onderdeel van het schoolreglement is er dan ook een engagementsverklaring opgenomen in dit document die door alle ouders ondertekend dient te worden. Alle schoolorganen bevestigen dit document wat jaarlijks naar behoefte wordt aangepast.
In het eerste deel staat algemene informatie en informatie over inschrijving op onze school.
Daaropvolgend wordt door ons het pedagogisch project toegelicht.
In deel III het schoolreglement, kan je afspraken terugvinden die op elke school gemaakt worden en wettelijk verplicht zijn op te nemen in dit document.
In hoofdstuk IV wordt nader ingegaan op alle praktische informatie die nodig is om op school je weg te kunnen vinden. Voordien werden deze apart in de praktische gids gepresenteerd, nu is alles wat je moet weten over de school in één document samengebracht.
Ouders die nieuw op school zijn, krijgen een apart document 'Voor het eerst naar school'.
Verbonden door goede afspraken kunnen wij er samen een goed schooljaar van maken.
Luc Beck
Directie
INHOUDSOPGAVE
DEEL I Informatie en inschrijving 12
1 Contactgegevens 12
2 Organisatie van de school 12
2.1 Lestijden en schooluren 12
2.2 Voor- en naschoolse opvang 13
2.3 Aanmelding en inschrijving 14
2. 4 Leerlingbegeleiding 16
2.5 Communicatie 17
3. Samenwerking en schoolstructuur 17
3.1 Schoolbestuur 17
3.2 Directie 18
3.3 Het leraren college 18
3.4 Vzw Oudervereniging Steinerschool Kristoffel 18
3.6 Scholengemeenschap 19
DEEL II Het pedagogisch project 19
1 Visie op ons pedagogisch project 19
2 Leerplan 22
3 Ontwikkelingsdoelen en eindtermen 23
4 Sociaal Economische Status 23
5 De kleuterschool 23
6 Schoolrijpheid 24
7 De lagere school 24
8 Leerlingdossier met leerlingvolgsysteem 24
9 Zorgbeleid 25
DEEL III Het schoolreglement 25
1 Over het leren 25
1.1 Klassenraad 25
1.2 Huiswerk en agenda's 25
1.3 Vervangingen 25
1.4 Taalscreening en andere toetsmomenten 26
1.5 Oudercontacten 26
1.6 Evalueren en getuigschriften 26
1.7 Getuigschrift basisonderwijs 26
1.8 Zitten blijven 28
1.9 Schooluitstappen 28
2 Aanwezig en afwezig 28
2.1 Te laat 28
2.2 Alleen naar huis 28
2.3 Afwezig 28
2.4 Leerplicht, ziekte en afwezigheden 29
2.5 Tijdelijk onderwijs aan huis 29
3 Algemene leefregels en afspraken 30
3.1 Algemene principes 30
3. 2 Afspraken 30
3.3 Ordemaatregelen 31
3.4 Tuchtmaatregelen 31
3.5 Beroepsprocedure 32
3.5 Rookverbod 33
3.6 Afspraken rond sponsoring en reclame 33
4 Ongevallen 33
4.1 Medicatie 33
4.2 Ongevallen met kinderen 33
4.3 Preventie 34
5 Financiering van het onderwijs 34
5.1 Subsidie en vrijwillige ouderbijdrage 34
5.2 Schoolbenodigdheden 34
5.3 Bijdrageregeling 34
5.4 De maximumfactuur 34
5.5 Betalingswijze 34
5.6 Afspraken bij betalingsmoeilijkheden 35
5.7 Schooltoelage 35
6 Privacy 35
6.1 Welke informatie houden we over je bij? 35
6.2 Recht op inzage 35
6.3 Wat bij schoolverandering? 36
6.4 Schoolverandering tussen twee schooljaren 36
6.5 Informatie-uitwisseling tussen basis- en secundair onderwijs 36
6.6 Publicatie van beeld- en geluidopnamen 36
7 Verzekeringen en aansprakelijkheid 37
7.1 Aansprakelijkheid 37
7.2 Verzekering vrijwilligers 37
8 Klachten 37
9 Engagementsverklaring 38
9.1 Deelname ouderavonden en oudergesprekken 38
9.2 Aan- en afwezigheid van het kind 38
9.3 Deelname aan alle vormen van individuele begeleiding 38
9.4 Taalengagement en onderwijstaal op school. 38
DEEL IV Praktische informatie 39
1 Brengen en halen 39
2 Eten, drinken en tussendoortjes 40
3 Verjaardagen en traktaties 40
4 Toegang school 40
5 Parkeren 40
6 Kleding 41
7 Jaarfeesten 41
7 Schoolteam en aanwezigheden 41
DEEL V BIJLAGEN 43
BIJLAGE 1 Centrum voor Leerlingenbegeleiding (CLB) 43
BIJLAGE 2 Akkoordverklaring 46
DEEL I Informatie en inschrijving
1 Contactgegevens
Gegevens Hoofdschool: "Steinerschool Kristoffel" Tervuren
Lagere school
Kleuterschool
Kasteelstraat 10
Oude Leuvense baan 1
3080 Tervuren
3080 Tervuren
Tel: 02 366 31 77
Tel: 02 366 31 77
Steinerschool Het Leerhuis
Opstraat 90
3960 Opitter (Bree)
telefoon: 0477/825790
mail: secretariaathetleerhuis@gmail.com
Website: www.hetleerhuis-steinerschool.be
2 Organisatie van de school
2.1 Lestijden en schooluren
De leerlingen van alle klassen hebben 28 lestijden per week.
8u30 - 15u05: maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag
8u30 - 12u : woensdag
2.3 Aanmelding en inschrijving
Alle kinderen waarvan de ouders kiezen voor het pedagogisch project van de Steinerscholen en voor de manier waarop in deze school wordt gewerkt, zijn in principe welkom.
We werken dit jaar met een peuter/kleuterklas.
Voor de lagere school hebben wij 1 graadklas: 1e - 2e - 3e - 4e – 5e leerjaar
Inschrijvingsrecht
Het gelijke onderwijskansendecreet geeft alle ouders het recht hun kind in te schrijven in de school die ze kiezen. De leerling moet echter aan de toelatingsvoorwaarden voldoen en de juiste leeftijd hebben om in te stappen. De ouders stemmen in met het pedagogische project en het schoolreglement als teken van een basisvertrouwen in de Steinerpedagogie en aan de leerkrachten aan wie het kind wordt toevertrouwd. Het is de school die bepaalt in welke klasgroep een leerling terechtkomt.
Voor zesjarige leerlingen zijn er vanaf september 2021 nieuwe toelatingsvoorwaarden:
Zo wijzigt het aantal halve dagen aanwezigheid bij 6-jarigen en krijgen de klassenraden kleuter- en lager onderwijs een belangrijke rol bij de overgang van het kleuteronderwijs naar het lager onderwijs.
Meer info: Toelatingsvoorwaarden gewoon basisonderwijs (Toelatingsvoorwaarden gewoon basisonderwijs - voor directies en administraties); Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming (vlaanderen.be).
Die toelatingsvoorwaarden gelden ook voor de overstap van onze eigen speelklas naar onze eerste klas.
Indien aan deze voorwaarde niet voldaan werd, kan een zesjarige leerling tot de eerste klas toegelaten worden door de klassenraad van het eerste leerjaar van de lagere school. De beslissing omtrent de toelating wordt aan de ouders meegedeeld uiterlijk de tiende schooldag van september, bij inschrijving vóór 1 september van het lopende schooljaar, of bij inschrijving vanaf en na 1 september, uiterlijk tien schooldagen na deze inschrijving. In afwachting van deze mededeling is de leerling ingeschreven onder opschortende voorwaarde. Bij overschrijding van de genoemde termijn is de leerling ingeschreven. De schriftelijke mededeling aan de ouders bevat tevens de motivatie. Een inschrijving voor de eerste klas is dus voorwaardelijk. Dit geldt niet voor zevenjarige leerlingen.
Een jaar langer in de kleuterklas doorbrengen, vervroegd naar de lagere school gaan en langer in de lagere school verblijven kan enkel na advies van de klassenraad en van het CLB. Na kennisgeving en toelichting bij het advies nemen de ouders de uiteindelijke beslissing. Gewoonlijk ontstaan er geen moeilijkheden bij het ondertekenen van de inschrijving-vraag of de uitschrijf-vraag door één van de ouders.
We gaan er bij iedere inschrijving van uit dat ofwel beide ouders achter de keuze staan, ofwel dat het beslissingsrecht over de schoolkeuze aan de ondertekenende ouder is toevertrouwd. Indien de school redenen heeft om hieraan te twijfelen, kunnen bijkomende gegevens bij beide ouders worden opgevraagd.
Leerlingen met een inschrijvingsverslag voor het buitengewoon onderwijs
In het kader van het M-decreet hebben ook leerlingen met een verslag voor het buitengewoon onderwijs het recht om zich in een gewone basisschool in te schrijven. Deze inschrijving gebeurt onder ontbindende voorwaarden. Samen met ouders en CLB kijkt de school welke aanpassingen nodig zijn om tegemoet te komen aan de specifieke onderwijsbehoeften van de leerling. Indien deze aanpassingen als redelijk worden ervaren, wordt de inschrijving definitief. Meer info vindt u op: https://onderwijs.vlaanderen.be/nl/grote-lijnen-van-het-m-decreet
Engagement
In het kader van het decreet over de gelijke onderwijskansen worden ook in onze school gedurende een periode plaatsen voorbehouden voor indicator- en niet-indicatorleerlingen. Deze term betekent dat een leerling beantwoordt aan één van de volgende indicatoren (of leerling kenmerken): het opleidingsniveau van de moeder is lager dan middelbaar onderwijs of het gezin ontvangt een schooltoelage. Alle Tervurense basisscholen zijn een engagement aangegaan om een transparant inschrijvingsbeleid te hanteren en een sociale cohesie na te streven in alle scholen. Naargelang de ligging van de school wordt ernaar gestreefd om een 13.5% indicatorleerlingen op te nemen in de school. Het streefgetal voor de scholen van Tervuren is 10,2% van de schoolbevolking.
Informatie
Vanaf het begin van het schooljaar kunnen nieuwe ouders informatie opvragen. De volgorde van die vragen om informatie, heeft geen belang in de verdere procedure. Er zullen ook infoavonden worden gepland.
Weigering
Elke geweigerde leerling krijgt een mededeling van niet-gerealiseerde inschrijving en wordt
als geweigerde leerling in het inschrijvingsregister geschreven. De volgorde van geweigerde
leerling in het inschrijvingsregister valt weg op de vijfde schooldag van oktober van het
schooljaar waarop de inschrijving betrekking heeft.
Voor de instappertjes blijft de volgorde van het inschrijvingsregister behouden tot 30 juni van het schooljaar waarop de inschrijving betrekking had.
Inschrijven onder ontbindende voorwaarden
Wanneer een kind beschikt over een verslag dat toegang geeft tot het buitengewoon
onderwijs, schrijft de school in, onder ontbindende voorwaarde. Dit verslag maakt deel uit van
de informatie die ouders bij een vraag tot inschrijving aan de school moeten overmaken.
Vervolgens organiseert de school overleg met de ouders, de klassenraad en het CLB, over
de aanpassingen die nodig zijn om de leerling mee te nemen in het gemeenschappelijk
curriculum of om de leerling studievoortgang te laten maken op basis van een individueel
aangepast curriculum.
Indien de school na het overleg de disproportionaliteit van de aanpassingen bevestigt, wordt
de inschrijving ontbonden op het moment dat deze leerling in een andere school is
ingeschreven en uiterlijk één maand, vakantieperioden niet inbegrepen, na de kennisgeving
van de bevestiging van de disproportionaliteit.
Nu wordt geëxpliciteerd dat, ook wanneer een school pas kennis neemt van een verslag na
de inschrijving of de instap in de school en het verslag dateert van vóór de instap van de
leerling in de school, de inschrijving steeds wordt omgezet in een inschrijving onder
ontbindende voorwaarde. Het kan daarbij zowel gaan om een verslag dat al bestond op het
moment van de inschrijving (maar waarvan de school pas later kennis neemt), als om een
verslag dat werd afgeleverd tussen de inschrijving en de instap in de school.
Uitschrijven van een leerling
Wanneer een kind niet beschikt over een verslag dat toegang geeft tot het buitengewoon
onderwijs, maar tijdens de schoolloopbaan de nood aan aanpassingen voor hem/haar wijzigt
en de vastgestelde onderwijsbehoeften van die aard zijn dat voormeld verslag nodig is,
organiseert de school een overleg met de klassenraad, de ouders en het CLB. Op basis van
dit overleg en nadat het verslag werd afgeleverd, beslist de school om de leerling op vraag
van de ouders studie toegang te laten maken op basis van een individueel aangepast
curriculum of om de inschrijving van de leerling voor het daaropvolgende schooljaar te
ontbinden.
Klachtenprocedure
Een klachtenprocedure bij de Commissie inzake Leerlingenrechten is mogelijk bij onenigheid
over de niet-inschrijving van de leerling.
Klacht bij de Commissie inzake leerlingenrechten (CLR)
Wanneer ouders of belanghebbenden (CLB, andere scholen, intermediairs ...) niet akkoord gaan met de niet-gerealiseerde inschrijving van het kind dan kunnen zij beroep doen op bemiddeling door het LOP (lokaal overlegplatform, https://www.lop.be/LOP/default.asp). Het LOP bemiddelt enkel op vraag van de ouders. Indien ouders of belanghebbenden geen gebruik willen maken van de bemiddeling of als de bemiddeling niet tot het gewenste resultaat heeft geleid, dan kunnen zij klacht indienen bij de Commissie voor Leerlingenrechten (CLR). Dit moet schriftelijk gebeuren binnen 30 kalenderdagen na de vaststelling van de betwiste feiten. Dit hoeft niet noodzakelijk samen te vallen met het moment waarop de feiten zich hebben voorgedaan. Klachten die na de termijn van 30 kalenderdagen na de vaststelling van de betwiste feiten ingediend worden, zijn onontvankelijk. Contactgegevens van de CLR: https://www.ond.vlaanderen.be/leerlingenrechtencommissie/contact.htm telefoonnummer 02/553 92 12
Afsluiten inschrijvingsregister 2024- 2025
Het inschrijvingsregister voor het schooljaar 2024 - 2025 wordt afgesloten en vervalt wettelijk op de vijfde schooldag van oktober. Voor kleuters geboren in 2022, het meest recente kalenderjaar dat mogelijk is voor de inschrijving van het schooljaar 2024-2025 moet deze volgorde gerespecteerd worden tot en met de eerste schooldag van september 2025. Instappen in de loop van het schooljaar kan op ieder moment, indien er plaats is in de leeftijdsgroep. Wij engageren ons om ook tijdens het schooljaar de volgorde van de wachtlijst in het register te respecteren.
Inschrijvingen voor het daaropvolgende schooljaar
Een leerling die ingeschreven was in het register en waarbij de inschrijving niet kon worden gerealiseerd (weigering wegens capaciteit) moet zich, indien gewenst, voor het daaropvolgende jaar opnieuw inschrijven volgens de geldende procedure.
Procedure
Ouders die interesse hebben in het pedagogisch project van onze school, wordt gevraagd eerst 1 van de infoavonden op de school te volgen. Nadien kan een afspraak gemaakt worden voor een individueel kennismakingsgesprek. Gezien het specifieke karakter van het Steineronderwijs stelt onze school een grondige kennismaking op prijs. Ook met het kind wordt er een kennismaking gepland. Na het individueel gesprek kan het kind worden opgenomen in het aanmeldingsregister. Als een ouder dit register ondertekent, verklaart hij zich tevens akkoord met het pedagogisch project en het schoolreglement van onze school. Hierna kan het kind effectief ingeschreven worden. Alle afspraken in verband met infoavonden, informatie- of kennismakingsgesprekken verlopen via het secretariaat van onze school.
2.4 Leerlingbegeleiding
Onze school wil zich inzetten om voor elke leerling kwalitatieve leerlingenbegeleiding te voorzien.
Wij werken ook samen met het Centrum voor Leerlingenbegeleiding (CLB). Dit zijn hun contactgegevens:
Vrij CLB Limburg - Afdeling Bree
De Houborn 45 1-2, 3960 Bree
Tel nr: 32 89 46 97 30
2.5 Communicatie
De officiële communicatie loopt via mail/telegram. Voor inhoudelijke zaken worden ouders verzocht een afspraak te maken met de leerkracht of de directie.
3. Samenwerking en schoolstructuur
3.1 Schoolbestuur
De raad van bestuur van de Vrije Rudolf Steinerschool Kristoffel vzw is de inrichtende macht van de basisschool Steinerschool Kristoffel Tervuren, hierna schoolbestuur genoemd. De school in Opitter is een vestiging van de Steinerschool Kristoffel. Het schoolbestuur draagt de juridische, administratieve, organisatorische, pedagogische en financiële eindverantwoordelijkheid van de school. Hiertoe stelt zij beleid vast voor de middellange en lange termijn, zet een visie uit en delegeert zij nader omschreven taken en bevoegdheden aan de directeur.
De leden van het schoolbestuur voeren deze taak onbezoldigd uit. De directie heeft een adviserende rol in het schoolbestuur.
3.2 Directie
De directie staat in voor de dagelijkse leiding van de school op de gebieden van onderwijs, financiën, infrastructuur en personeel en zorgt dat de communicatie binnen de school en haar diverse geledingen goed verloopt. De directie legt verantwoording af aan het schoolbestuur op grond van de door dit bestuur gedelegeerde taken en bevoegdheden. De directie wordt bijgestaan door de administratief medewerker en coördinator. In nauwe samenwerking met het leraren college is de directie verantwoordelijk voor de implementatie van het pedagogisch project.
3.3 Het leraren college
Elke leerkracht draagt de volle verantwoordelijkheid voor het eigen pedagogisch handelen, maar de pedagogische eindverantwoordelijkheid berust bij het leraren college. Het leraren college bestaat uit alle leerkrachten. Het leraren college werkt op pedagogisch gebied autonoom maar neemt actief en constructief deel aan de samenwerking binnen de andere overlegorganen binnen de school. Elk lid van het leraren college gaat een engagement aan om de Steinerpedagogie dagelijks gestalte te geven en om daarbinnen de zorg voor elk kind, de samenwerking binnen het lerarenteam en het overleg met de ouders te realiseren. Binnen het werkgebied van het leraren college werkt ter ondersteuning van de zorgcoördinator. De directie is collegiaal adviserend aanwezig op de vergadering. Ook het CLB en andere externe instanties adviseren de leerkrachten in het leraren college.
Het leraren college vergadert wekelijks, doet aan studie en volgt de praktische werking van het klas- en schoolgebeuren. Wekelijks worden er kind-besprekingen gedaan waarbij kinderen veelzijdig besproken worden in functie van opvoeding en onderwijs.
3.4 Oudervereniging "Ouders van Het Leerhuis" vzw.
ondernemingsnummer 0765 786 789
De Oudervereniging "Ouders van Het Leerhuis" vzw heeft als doel te zorgen voor alle mogelijke ondersteuning van de school. De vzw int en beheert onder andere vrijwillige ouderbijdragen. Minstens een keer per jaar komt de vzw bijeen als Algemene (Statutaire) Vergadering.
Het oudercomité en de ouderwerking
Het oudercomité beheert de vzw Oudervereniging "Ouders van Het Leerhuis". Het oudercomité waakt mee over het goed functioneren van de schoolgemeenschap (ouderparticipatie), zorgt voor afstemming tussen ouders en leerkrachten en beheert de vrijwillige ouderbijdragen.
Het oudercomité organiseert de ouderwerking: het stimuleert ouders zich te engageren in de werkgroepen of om individuele taken op te nemen zodat de taken verdeeld worden over alle ouders. Het geeft impulsen en feedback aan de werkgroepen die zo autonoom mogelijk werken, maar ook verslag uitbrengen naar het oudercomité.
Afgevaardigden van het oudercomité overleggen regelmatig met het leraren college, het schoolbestuur en directie.
3.6 Scholengemeenschap
De school maakt deel uit van een wereldwijde beweging van Steiner-Waldorf scholen en is aangesloten bij de Federatie van Steinerscholen Vlaanderen. De verschillende schoolbesturen van basis onderwijs, buitengewoon onderwijs en middelbaar onderwijs werken binnen deze federatie intensief samen, bekostigd door de overheid en de scholen zelf. Enkele doelen hierbij zijn:
Bevorderen van de vrijheid van onderwijs en cultuur
Opvolgen van nieuwe overheidsmaatregelen
Vertegenwoordiging van de Steinerscholen bij de overheid
Ontwikkeling van leerplannen gesteund op de Steiner pedagogische eindtermen
Ondersteuning en begeleiding van leraren en schoolleiding
Verzorgen van de communicatie rond Steinerpedagogie
Diverse vormen van samenwerking, begeleiding en uitwisseling.
Onze school maakt deel uit van een in 2005 opgerichte scholengemeenschap met alle andere basisscholen in Vlaanderen die werken volgens de Steinerpedagogie. Deze samenwerking draagt bij aan de professionalisering en gaat versnippering tegen.
DEEL II Het pedagogisch project
1 Visie op ons pedagogisch project
De meest fundamentele uitgangspunt van de Steinerscholen vinden we terug in hun visie op de mens en zijn ontwikkeling en hun visie op de zin en het doel van opvoeding en onderwijs.
Wie is de mens die wordt onderwezen of onderwijst en waarom en waartoe is er opvoeding en onderwijs? De klaspraktijk en de gebruikte methodes kunnen in principe op een dynamische, creatieve en persoonlijke wijze door de leraar ontwikkeld worden. Hierbij steunt de leraar op zijn inzicht in en engagement voor deze grondslagen. Natuurlijk zijn er tijdens de reeds meer dan honderd jaar onderwijspraktijk in Steinerscholen (wereldwijd) bepaalde werkvormen en inhouden ontstaan. Deze worden door de meeste leraren aangewend. Soms gaat het dan om de verder ontwikkelde werkvormen of inhouden die R. Steiner in de beginjaren als schoolleider mee vorm gaf of als mogelijkheid aanreikte. Elke school maakt hierover ook schoolafspraken. De Steinerscholen in Vlaanderen hebben dan weer een gezamenlijk leerplan. Deze werkvormen en inhouden op zich vormen echter niet de kern van het pedagogisch project. Ze ontlenen hun belang en betekenis slechts aan de mate waarin ze op een bepaald tijdstip en op een bepaalde plaats een waardevolle bijdrage leveren aan het realiseren van de fundamentele doelstelling van deze pedagogie: het ondersteunen van kinderen in hun ontwikkeling tot vrije en (moreel) verantwoordelijke individuen, bekwaam en vaardig om de eigen idealen na te streven in een tijd die nog voor ons ligt.
De inzichten van waaruit gewerkt wordt, kunnen niet omgezet worden in uit te voeren modellen of toe te passen systemen of methodes. Elke onderwijs daad moet bemiddeld worden door de persoon en de gezindheid van de leraar.
Visie op de mens en zijn ontwikkeling
1° In de mensvisie die aan de Steinerpedagogie ten grondslag ligt, wordt het 'ik' van de mens erkend als een geestelijke realiteit. Dit 'ik' is een autonome (f)actor bij de menselijke ontwikkeling en dit gedurende de hele levensloop. Ook de leraar is in eerste instantie een mens in ontwikkeling. Het 'ik' van de mens kan niet herleid worden tot een - weliswaar voor iedereen unieke - combinatie van genetische factoren en sociale beïnvloeding. Het vandaag wijd verbreide mensbeeld ziet de mens in feite als het resultaat van twee 'krachten': de genetisch bepaalde 'hardware' die beschreven wordt met maatschappelijke 'software'. In de Steinerpedagogie worden de determinerende invloeden van erfelijkheid en maatschappij niet ontkend. Maar in de visie waarop de Steinerpedagogie steunt, vervult het 'ik' als derde kracht een cruciale rol. Door dit 'ik' heeft de mens de mogelijkheid boven zijn biologische en sociale bepaaldheden uit te stijgen en wordt vrijheid principieel mogelijk. Zonder deze vrijheid kan de mens geen betekenisvolle oordelen vormen over waarheid en moraliteit. Doel en zin van opvoeding en onderwijs knopen hierbij aan.
2° Deze mensvisie steunt verder op het gegeven dat de ontwikkeling van de mens niet zonder meer rechtlijnig verloopt. In de loop van deze ontwikkeling zijn er scharnierpunten. Zo verandert de wijze waarop kinderen leren, de wijze waarop kinderen zich verhouden tot en betekenis geven aan hun omgeving, zichzelf en anderen op fundamentele wijze rond het 6de à 7de levensjaar, weerom rond de puberteit, enz. De opdracht van de leraar in de Steinerschool is dan ook niet om de kinderen die vaardigheden en competenties bij te brengen die kunnen bijgebracht worden. Het gaat erom datgene te helpen ontwikkelen wat op een bepaalde leeftijd aan de orde is, gezien vanuit dit perspectief van ontwikkelings-wetmatigheden. Aan de tendens om de politiek en economisch wenselijk of nuttig geachte vaardigheden zo vroeg mogelijk bij te brengen ('leren participeren zoals volwassenen dat doen', 'ICT-vaardigheden', 'vervroegd formeel en cognitief leren', 'nuttige competenties voor de arbeidsmarkt', ...) willen Steinerscholen niet toegeven. Dit zou immers getuigen van weinig inzicht in of respect voor het kind en zijn leeftijdseigen ontwikkeling. Steinerpedagogie is in eerste instantie een mens- en ontwikkelings-georiënteerde, geen (kennis)maatschappij georiënteerde pedagogie. Dit neemt uiteraard niet weg dat steeds een evenwicht gezocht moet worden tussen het begeleiden van de ontplooiing van elk kind volgens zijn eigen aanleg en het bijbrengen van de noodzakelijke kennis en vaardigheden om in de samenleving van morgen een eigen weg te kunnen gaan. Deze aanpassing aan de concrete maatschappij (en tijdgeest) dient niet in de eerste plaats de belangen van deze maatschappij, maar die van het kind. De maatschappelijke realiteit wordt hiermee geenszins uit het oog verloren. Is een open samenleving niet het meest gebaat met intellectueel en moreel vrije mensen die zin hebben voor sociaal engagement en initiatief?
3° De mens is niet enkel een lichaam, maar ook een ziel en een geest. Hij ontwikkelt hierdoor een drievoudige verhouding tot de wereld. De ziel - die het denkvermogen, het gevoel en de wil omvat - neemt in de ontwikkeling en opvoeding een centrale plaats in. In veel hedendaagse onderwijskundige visies vormt de mens zijn verhouding tot de wereld, zichzelf en anderen vooral door middel van de opbouw van cognitieve structuren. Dit maakt dat de cognitieve ontwikkeling centraal komt te staan. De weliswaar groeiende aandacht voor het sociaal-emotionele en het motorisch-wilsmatige staat echter nog te vaak in functie van de cognitieve ontwikkeling. In de Steinerscholen krijgt de cognitieve ontwikkeling uiteraard de nodige aandacht, maar de ontwikkeling van het gevoel en van de wil hebben een eigen, opzichzelfstaande betekenis. Cognitieve structuren alleen leiden immers niet tot een gezond levensgevoel, waarachtigheid, empathisch vermogen, enthousiasme, gevoel voor schoonheid, interesse in wereld en medemens, rechtvaardigheidsgevoel en evenmin tot motivatie, doorzettingsvermogen, idealisme, engagement, toewijding enz. De ontwikkeling van de cognitieve vermogens moet geschraagd worden door deze gevoels- en wilsmatige kwaliteiten. In elk gezond leerproces zijn deze drie aspecten steeds op innige wijze verbonden.
Het is deze eigen visie op de mens die de Steinerscholen niet alleen noodzaakte tot het opmaken van een eigen leerplan (een subsidievoorwaarde), maar ook van eigen eindtermen.
Visie op het doel van opvoeding en onderwijs
"De vraag is niet, wat de mens moet kunnen en weten teneinde zich in de bestaande sociale orde te kunnen inpassen; maar wel, wat is in aanleg in de mens aanwezig en wat kan in hem ontwikkeld worden. Dan wordt het mogelijk dat de opgroeiende generatie aan de maatschappij steeds nieuwe krachten aanreikt. Dan zal in de samenleving steeds datgene tot ontwikkeling kunnen komen, wat de er binnentredende generatie van mensen in zich draagt. Maar van de opgroeiende generatie mag niet datgene gemaakt worden, wat de bestaande maatschappij van deze generatie maken wil." Op deze wijze formuleerde Rudolf Steiner zelf het doel van onderwijs. Niet de overdracht van wenselijk geachte kennis, vaardigheden, waarden, ... staat centraal, wel de ontwikkeling van een zelfstandig oordeelsvermogen (met inbegrip van een waarderend vermogen). De optimale ontwikkeling van de mogelijkheden van het kind wordt beïnvloed door de wisselwerking - op het vlak van lichaam, ziel en geest - met de omgeving, maar vooral door de omgang met andere mensen, in de ontmoeting 'van ziel tot ziel'.
Geen confessionele school
Morele en religieuze opvoeding nemen in de Steinerscholen een belangrijke, geïntegreerde plaats in. Het is evenwel niet de bedoeling de kinderen een of andere filosofische, morele of religieuze overtuiging bij te brengen. In overeenstemming met haar uitgangspunten wil de Steinerpedagogie de kinderen in staat stellen in vrijheid een eigen overtuiging te ontwikkelen. De school richt zich tot alle kinderen, ongeacht hun levensbeschouwelijke achtergrond (of die van hun ouders). De hierboven kort geschetste visie op de mens, situeert zich uiteraard binnen een bredere levensbeschouwing. Deze levensbeschouwing heeft een 'algemeen christelijk' te noemen dimensie, zij het onafhankelijk van elke godsdienst, leerstelling of institutie. Het aanwenden van aan het christendom ontleende religieuze beelden (bv. het kerstverhaal, Michaël, ...) in de opvoeding is niet gericht op het bijbrengen van een of andere overtuiging, maar op het ontwikkelen van het religieuze vermogen. De Steinerscholen worden door de overheid ingedeeld bij de vrije, niet-confessionele scholen.
De klaspraktijk
Zoals reeds aangegeven, krijgt de klaspraktijk in belangrijke mate vorm door de leraar, in wisselwerking met de leerlingen. Aan de optimale ontwikkeling van de mogelijkheden van elk kind kan een leraar maar werken indien hij of zij niet in de eerste plaats een uitvoerder moet zijn van vaste en algemene richtlijnen, doelstellingen, methodes. Rekening houden met en tegemoet komen aan de noden van elk kind, vraagt een voldoende mate van autonomie en pedagogische vrijheid. Van een leraar mag natuurlijk wel verwacht worden dat hij of zij zich - achteraf - kan verantwoorden hoe deze pedagogische vrijheid werd ingevuld. Deze pedagogische vrijheid verhindert niet dat er een gezamenlijk pedagogisch beleid gevoerd wordt waarbij voor iedereen geldende keuzes en afspraken gemaakt worden. In de kleuterschool wordt doorgaans gewerkt met leeftijd-gemengde klasgroepen. Kleuters blijven in principe hun hele kleutertijd bij dezelfde kleuteronderwijzer(es). Het ontwikkelingsprincipe is de nabootsing. Ritme, herhaling en gewoontevorming zijn belangrijke pedagogische middelen in de kleuterklas. Het fantasierijke spel en het zintuiglijk beleven van zichzelf en de wereld, zijn de belangrijkste en voor deze leeftijd meest geëigende leervormen. Het voor gestructureerde, niet-spontane leren wordt vermeden. Doordat de leraar gedurende meerdere jaren bij eenzelfde klasgroep blijft, kan bij het verwerven van de leerstof in de tijd gedifferentieerd worden (sommige kinderen leren bv. lezen in de eerste klas, andere aan het einde van de tweede klas). Het onderwijs in de lagere school is niet gericht op een wetenschappelijke verklaring der dingen 'op kindermaat'. Het begrijpen van de wereld gebeurt op die leeftijd niet door middel van abstracte begrippen, maar door levende beelden. Een kunstzinnige aanpak spreekt niet alleen het verstand aan, maar ook het gevoel en de wil. De verhouding tot de wereld is op deze leeftijd nog sterk gevoelsgebonden. Een goede leraar wordt door het kind als autoriteit ervaren. Dit zet aan tot navolging. Het steeds breder wordend aanbod van vakken volgt de ontwikkeling van het kind. De overgang van de kleuterschool naar de lagere school valt niet samen met het leerplichtig worden van de kinderen. Slechts wanneer vastgesteld wordt dat het kind in zijn sociale, emotionele, motorische en cognitieve ontwikkeling 'klaar' is voor het schoolse leren, wordt de overstap gemaakt. Er vindt bij de zesjarigen een uitgebreid schoolrijpheidsonderzoek plaats, in samenwerking met het CLB.
De schoolstructuur
De verantwoordelijkheid van elke individuele leraar voor zijn eigen pedagogisch handelen maakt dat het pedagogisch beleid op schoolniveau ook door de leraren wordt gedragen. Logischerwijze worden bepaalde beleidsbevoegdheden aan bepaalde personen gedelegeerd. Aangezien een Steinerschool haar bestaansreden dankt aan de vraag van ouders naar deze pedagogie, dragen ouders medeverantwoordelijkheid voor de juridische en financiële bestaansmogelijkheden van de school. Elke school geeft aan deze uitgangspunten op een eigen en dynamische wijze vorm.
Steinerpedagogie is enkel mogelijk in een klimaat van pedagogische en organisatorische vrijheid. Onderwijsvrijheid is in meervoudig opzicht een basisvoorwaarde voor Steinerpedagogie. Ook hiervoor heeft de school nood aan de actieve verantwoordelijkheid van de ouders.
2 Leerplan
Het leerplan van de Federatie van Steinerscholen bevat een uitgebreide beschrijving van de doorgaande leerlijnen per vak en hoe elk vak bijdraagt aan de ontwikkeling van de kinderen. De leerkrachten hebben hiernaast een keur aan vakliteratuur, een concrete leidraad voor hun lessen. Zij verzorgen zelf het lesontwerp dat daarmee nauwkeurig afgestemd kan worden op de klas waaraan zij lesgeven. Naast dit lesontwerp - eenmalig en alleen hierom al kunstzinnig - heeft de leerkracht een keur aan oefenstof omwille van de verankering van de les inhouden door middel van gevarieerde herhaling. De oefenstof wordt meestal maar niet altijd door de leerkracht zelf ontworpen.
Het leerplan is ook een leidraad voor de doorlichtingen door de onderwijsinspectie. Het leerplan is te vinden op de site van de Federatie van Steinerscholen: www.steinerscholen.be.
3 Ontwikkelingsdoelen en eindtermen
Net als de eerste Steinerschool 100 jaar geleden in Stuttgart, staan ook de huidige Steinerscholen open voor de noden van de samenleving en leggen ze net als alle overige scholen in Vlaanderen verantwoording af aan de onderwijsinspectie. De maatschappij vraagt om aantoonbare leeropbrengsten. Hiervoor heeft het Vlaams Parlement de door de Federatie van Steinerscholen ontworpen ontwikkelingsdoelen en eindtermen als gelijkwaardig beoordeeld met de decretale eindtermen. De leerlingen moeten voor het verkrijgen van het getuigschrift basisschool de eindtermen van de lagere school aan het einde van de zesde klas in voldoende mate bereikt hebben.
4 Sociaal Economische Status
Het gelijke onderwijskansen beleid (GOK) heeft geleid tot een uitbreiding van kwaliteitsvol zorgbeleid voor kinderen met een taal- en of andere leerachterstand op grond van sociaal-maatschappelijke factoren. De sociaaleconomische status van gezinnen, kan leiden tot bijkomende SES-lestijden.
5 De kleuterschool
Vanaf 2,5 jaar komen de kinderen in een peuterklas, ter voorbereiding op de kleuterklas die omstreeks vier jaar begint. Per kind wordt het instapmoment in de peuterklas en het overstapmoment naar de kleuterklas in overleg tussen de peuter- of kleuterleerkracht afgesproken. In ons opstartjaar zullen peuters en kleuters in dezelfde klas opgenomen worden.
De wettelijk vastgestelde instapdata voor kinderen die al wel 2,5 maar nog geen drie zijn geworden: de eerste dag na de zomervakantie, de herfstvakantie, de kerstvakantie, op 1 februari en de eerste dag na de krokusvakantie, de paasvakantie en het hemelvaartweekend.
Het kleutervolgsysteem
Het kleutervolgsysteem volgt de ontwikkeling van de peuters en kleuters te beginnen met het kennismakingsgesprek voor een eerste beeldvorming van kind, gezin en wat de school voor hen betekenen kan. Gedurende de volgende jaren vinden regelmatige observaties plaats door de kleuterleerkracht aan de hand van het Kleuter Observatie Instrument (KOI). Hieraan wordt ook duidelijk of een kind rijp is voor de overstap naar de lagere school. Jaarlijks vindt er minimaal een klasbespreking plaats in aanwezigheid van de kleuterleerkracht, de zorgcoördinator en de directie. Daarin wordt bepaald of een kind nood heeft aan een verhoogde of uitgebreide zorg met een specifiek handelingsplan. In dat geval wordt met de ouders overlegd over een gezamenlijke gedragenheid of uitvoering daarvan. Besluiten van ouders die tegen de adviezen van de school in gaan worden schriftelijk gedocumenteerd in het KOI. De inhoud hiervan wordt overgedragen aan de leraar van de eerste klas waarmee de continuïteit van de begeleiding van het kind optimaal gewaarborgd is. De mondelinge overdracht vindt plaats in een vergadering van het lerarencollege.
6 Schoolrijpheid
De overgang van de kleuterschool naar de lagere school valt niet meer samen met het leerplichtig worden van de kinderen.
We vinden het belangrijk dat de verstandskrachten van de kinderen niet te snel worden aangesproken. Het is dan ook goed dat de kleuters niet te vroeg de eerste klas aanvatten. Slechts wanneer vastgesteld wordt dat het kind in zijn sociale, emotionele, motorische en cognitieve ontwikkeling 'klaar' is voor het schoolse leren, wordt de overstap gemaakt. Er vindt bij kinderen die voor het begin van het nieuwe schooljaar 6 jaar zijn geworden of zullen worden een uitgebreid schoolrijpheidsonderzoek plaats. Dit is een onderzoek naar de algemene ontwikkeling en de leervoorwaarden.
Eventueel wordt ook het CLB om advies gevraagd. Het advies om een kind wel of niet over te laten gaan naar de eerste klas wordt door de kleuterleerkracht in samenwerking met de zorgcoördinator en het lerarencollege genomen en genotuleerd. In overleg met de ouders wordt daarna een besluit genomen.
7 De lagere school
In de opeenvolgende jaren van de lagere school gaan de leerlingen elk jaar in een verschillend thema op tocht, voor meerdere jaren samen met hun meester of juf. De kinderen leren met hoofd, hart en handen waardoor de sociaal-emotionele, de kunstzinnige ontwikkeling en de wilskracht gevoed worden.
Zitten blijven of een leerjaar overslaan is er in principe niet bij, tenzij het kind over de hele linie een ontwikkelingsvertraging of -versnelling vertoont. In dergelijk geval besluit de school na overleg met het CLB.
De Steinerschool is geen levensbeschouwelijke school die een bepaalde religie of levensbeschouwing overdraagt. De levensbeschouwelijke oriëntatie die in alle Steinerscholen gegeven wordt, is het vak cultuurbeschouwing. Dit vak omvat aan de hand van de bij de leeftijd passende verhalen een introductie in het religieuze beleven en het morele handelen. Beelden uit deze vertelstof laten de kinderen vrij en belasten hen niet met leerstellingen van welke soort dan ook. De opbouw van de cultuurbeschouwing staat in het leerplan.
Het periodeonderwijs, is een van de hoofdkenmerken van de Steinerpedagogie. Gedurende drie weken wordt tijdens de eerste twee uur van elke dag, hetzelfde vak gegeven.
8 Leerling dossier met leerlingvolgsysteem
De samenstelling van het leerlingvolgsysteem is veelzijdig. Alle betrokkenen rond het kind dragen bij aan de opbouw ervan: ouders, leerkrachten, vakleerkrachten, zorg en in voorkomende gevallen CLB-medewerkers. Pluriform zijn ook de gegevens: observaties, kind-besprekingen, tussentijdse leervorderingen op basis van geijkte toetsen, handelingsplannen en getuigschriften. Een goed voorzien leerlingvolgsysteem biedt kansen om de gegevens te herleiden tot betrouwbare interpretaties op basis van analyses die er toe doen. De klasleerkracht is nu in staat zijn eigen kennis, ervaring en observaties aan te vullen met observaties van de ouders en door de consultaties van collega's tot een omvattend beeld van het kind te komen, om zo de vraagstelling over de behoeftes en noden van het kind het best te kunnen ontcijferen.
9 Zorgbeleid
Steinerschool Het Leerhuis streeft ernaar om de autonome ontwikkeling van alle kinderen zo veel mogelijk aan te moedigen binnen het vertrouwde klassen- of schoolverband. Bij dit streven wegen wij steeds de mogelijkheden af met betrekking tot de draagkracht van deze school met deze leerkrachten in relatie tot dit kind met deze ouders. Waar deze draagkracht structureel overschreden wordt, zal in samenwerking met het CLB naar een best mogelijke leerroute voor het betreffende kind gezocht worden, waarbij een verwijzing naar het buitengewoon onderwijs niet valt uit te sluiten.
De zorgbrede werking in school valt in drie gebieden uiteen:
preventieve basiszorg in de klas
verhoogde zorg in of buiten de klas
uitgebreide zorg in of buiten de school.
De organisatie van de zorg wordt waar nodig ondersteund door het CLB, de klasleerkrachten en de directie. Voor leerlingen met een specifieke onderwijsbehoefte maken wij gebruik van het ondersteuningsnetwerk OKO plus waardoor wij extra ondersteuning op maat op basis van de noden van het kind kunnen aanvragen.
DEEL III Het schoolreglement
1 Over het leren
1.1 Klassenraad
Alle leerkrachten die in een bepaalde klas lesgeven, vormen een klassenraad van die klas. Een klassenraad wordt gehouden als er behoefte is aan afstemming en uitwisseling. Ook de zorgcoördinator maakt deel uit van de klassenraad. Als ondersteuning van de opvolging van de leerlingen wordt er aan het begin van elk schooljaar voor elke klas een klassenraad gehouden waarbij ook de coördinator aanwezig is.
1.2 Huiswerk en agenda's
In de lagere klassen kan er incidenteel een opdracht meegegeven worden. In de loop van de vierde klas maken huistaken met toenemende regelmaat deel uit van het schoolleven. In de hoogste klassen wordt uitgegaan van een vanzelfsprekende houding ten aanzien van huiswerk. Het hoeft niet veel te zijn maar wel vrijwel dagelijks. In de zesde klas wordt er met agenda's gewerkt. Deze worden door de school voorzien.
1.3 Vervangingen
Bij een kortdurende afwezigheid van een leerkracht proberen we in eerste instantie om met de collega's de klas op te vangen. Wanneer dit niet lukt, kan er een gezamenlijke activiteit met een andere klas samen georganiseerd worden. Als dit ook niet mogelijk is, worden de kinderen verdeeld over de andere klassen.
1.4 Taalscreening en andere toets momenten
De verplichte taalscreening wordt vanaf dit schooljaar afgenomen bij het begin van de leerplicht
(5 jaar). Dit betekent dat dit niet meer plaatsvindt – zoals nu – in het eerste leerjaar, wel in het kleuteronderwijs. Bij een onvoldoende beheersing van het Nederlands volgt de leerling een taal-integratieproject.
De leerlijnen Rekenen en Spelling worden jaarlijks via geijkte toetsen opgevolgd. De resultaten van de tussentijdse evaluaties dienen vooral als spiegel voor de leerkracht en kunnen uitmonden in klassikale en individuele leertrajecten.
1.5 Oudercontacten
Minimum twee maal per jaar is er voor elke klas een ouderavond. Daarin wordt verslag gedaan van het reilen en zeilen in de klas aan de hand van wat vanuit de Steiner pedagogie verwacht mag worden. Op de algemene ouderavond staat de ontwikkeling van de school centraal.
Twee maal per jaar plannen de klasleerkrachten individuele oudergesprekken. De school verwacht een engagement van de ouders bij al deze gelegenheden om de ontwikkeling van de kinderen en de school op te volgen en waar nodig bij te dragen. Vanuit deze betrokkenheid staan wij samen rond de klassen.
1.6 Evalueren en getuigschriften
Jaarlijks wordt er aan het einde van het jaar een getuigschrift uitgedeeld aan de leerlingen. Dit getuigschrift is een beschrijving van de manier waarop het kind aan de periodes en de vakken heeft gewerkt en wat het heeft bereikt. Het geeft een samenvatting van de opgebouwde kennis, de verworven vaardigheden en de attitudes die de ontwikkeling van het kind een nieuwe kleur geven. Het vermeldt de betrokkenheid bij het klasgebeuren, spreekt over de plaats van het kind in de groep en de motivatie om te leren.
De evaluatie richt zich daarnaast ook tot de kinderen zelf die daarbij een kort gedicht of een spreuk krijgen, op kunstzinnige wijze verzorgd. Dit is als aanmoediging voor de toekomst.
1.7 Getuigschrift basisonderwijs
Op het einde van het schooljaar beslist de klassenraad welke kinderen het getuigschrift basisonderwijs kunnen krijgen. Het getuigschrift wordt uitgereikt aan de regelmatige leerlingen die in voldoende mate die doelen uit het leerplan die het bereiken van de eindtermen beogen, hebben bereikt. De leerlingen die geen getuigschrift behalen, krijgen een attest met een verklaring van het aantal en soort gevolgde jaren lager onderwijs en een motivering waarom het getuigschrift niet werd uitgereikt en aandachtspunten voor de toekomst.
Leerlingen met een getuigschrift basisonderwijs gaan naar het eerste leerjaar A van het secundair onderwijs, leerlingen zonder getuigschrift basisonderwijs gaan naar 1B.
Sommige kinderen volgen les volgens een individueel aangepast curriculum. Als hun vooropgestelde leerdoelen door de onderwijsinspectie als gelijkwaardig worden beschouwd met die van het gewoon lager onderwijs, kunnen zij ook een getuigschrift basisonderwijs behalen.
Procedure tot het uitreiken van het getuigschrift
We communiceren de hele schoolloopbaan over de leervorderingen van je kind. Ouders kunnen ook inzage krijgen in de evaluatiegegevens en toelichting daarbij.
De klassenraad beslist of een kind het getuigschrift krijgt. De klassenraad gaat na of de leerplandoelen die gerelateerd zijn aan eindtermen voldoende beheerst worden. Daarbij wordt gekeken naar de groei die de leerling maakte doorheen de schoolloopbaan en de mogelijkheden en kansen in het vervolgonderwijs.
Na 20 juni beslist de klassenraad over het getuigschrift. Deze beslissing wordt uiterlijk op 30 juni aan de ouders meegedeeld. Deze beslissing wordt ondertekend door de voorzitter en alle leden van de klassenraad.
Beroepsprocedure
Als je niet akkoord gaat met het niet-toekennen van het getuigschrift basisonderwijs, kan je beroep instellen. Eerst moet er echter een overleg zijn met de school. In dit overleg moeten ouders en de directeur (of zijn afgevaardigde) proberen tot een overeenkomst te komen zonder dat de formele beroepsprocedure opgestart moet worden:
Ouders moeten dit overleg binnen drie dagen na ontvangst van de beslissing tot het niet uitreiken van het getuigschrift basisonderwijs aanvragen. Dit verplicht overleg met de directeur vindt plaats ten laatste de zesde dag na de dag waarop de rapporten werden uitgedeeld. Van dit overleg wordt een verslag gemaakt.
Na het overleg beslist de directeur om de klassenraad al dan niet opnieuw te laten samenkomen om het niet toekennen van het getuigschrift basisonderwijs te bevestigen of te wijzigen. De directeur of de klassenraad brengen de ouders schriftelijk op de hoogte van de beslissing. Als de ouders niet akkoord gaan met deze beslissing (hetzij om de klassenraad niet bijeen te roepen, hetzij om het getuigschrift niet toe te kennen), dan wijst de school de ouders schriftelijk op de mogelijkheid tot beroep bij de beroepscommissie. Binnen de drie dagen na ontvangst van de beslissing van de directeur of van de klassenraad kunnen ouders schriftelijk beroep indienen bij de voorzitter van het schoolbestuur.
Het verzoekschrift moet aan de volgende voorwaarden voldoen.:
Het verzoekschrift is gedateerd en ondertekend.
Het verzoekschrift bevat het voorwerp van beroep met feitelijke omschrijving en motivering waarom het niet uitreiken van het getuigschrift basisonderwijs betwist wordt.
Hierbij kunnen overtuigingsstukken toegevoegd worden.
Het schoolbestuur richt een beroepscommissie op. In de beroepscommissie, zitten zowel mensen die aan de school of het schoolbestuur verbonden zijn als mensen die dat niet zijn. Het gaat om een onafhankelijke commissie die de klacht van de ouders grondig zal onderzoeken.
De ouders worden binnen tien dagen nadat het schoolbestuur het beroep heeft ontvangen, uitgenodigd voor een gesprek. De schoolvakanties schorten de termijn van tien dagen op.
De beroepscommissie streeft in zijn zitting naar een consensus.
De beroepscommissie zal de betwiste beslissing ofwel bevestigen ofwel het getuigschrift basisonderwijs toekennen ofwel het beroep gemotiveerd afwijzen wegens het niet naleven van de vormvereisten.
Het resultaat van het beroep wordt uiterlijk op 15 september schriftelijk aan de ouders ter kennis gebracht.
1.8 Zitten blijven
Indien het lerarencollege van oordeel is dat het overdoen van een leerjaar voor de algemene ontwikkeling van het kind beter is, zal zij dit grondig met de ouders bespreken. Ouders ontvangen ook een schriftelijke motivatie. Komen de ouders en de school niet tot een gezamenlijk standpunt, dan zal de school de beslissing nemen. Bij zittenblijven worden op voorhand de bijzondere aandachtspunten voor het volgende jaar vastgelegd.
1.9 Schooluitstappen
Iedere klas gaat wel een keer in het jaar op daguitstap. Het karakter van de uitstap - excursie of sportbeoefening - sluit over het algemeen aan bij een van de jaarthema's van dat leerjaar. Eendaagse uitstappen behoren tot het gewone programma, hiervoor is geen aparte toestemming vereist. Het programma wordt tijdig aan de ouders gecommuniceerd evenals wie van de ouders kan assisteren. Voor meerdaagse uitstappen vragen we een schriftelijke toestemming aan de ouders. Kinderen die deze toestemming niet zouden krijgen, moeten toch naar school komen waar voor vervangende opdrachten gezorgd wordt.
2 Aanwezig en afwezig
2.1 Te laat
Te laat komen betekent telkens een verstoring van de ochtendactiviteit. De begin- en einduren dienen strikt te worden nageleefd.
Om tijdig te kunnen starten verwachten we iedereen ten laatste om 08u25 op school.
De ochtendkring start stipt om 08u30. Gelieve op tijd aanwezig te zijn om storing in de klas te voorkomen.
2.2 Alleen naar huis
Leerlingen mogen zonder begeleiding uit school vertrekken als zij daarvoor schriftelijk bewijs van de ouders hebben. Een lijst met namen van deze kinderen is aanwezig bij het secretariaat en de naschoolse opvang.
2.3 Afwezig
Afwezig
Ouders verwittigen per telefoon de school voor 09:00 uur als hun kind ziek of afwezig is.
Ouders van kinderen van klas 1 tot klas 3 en de leerplichtige kleuter, worden gebeld, als de school geen bericht van afwezigheid heeft gekregen. Als een leerling naar huis of naar de dokter moet en dit is van te voren bekend, dan brengt hij een briefje mee waarin hierin verzocht wordt met de vermelding hoe het kind naar huis zal gaan.
2.4 Leerplicht, ziekte en afwezigheden
Leerplicht
De leerplicht voor 5-jarigen in het kleuteronderwijs bedraagt vanaf het schooljaar 2024-2025, 290 halve dagen aanwezigheid per schooljaar. Een doorsnee schooljaar bedraagt 320 à 330 halve dagen. Ouders beschikken nog over een aantal halve dagen waarover ze zelf kunnen beslissen of hun 5-jarig kind al dan niet naar school gaat. Voor de afwezigheden van de 5-jarigen in het kleuteronderwijs moet er niet gewerkt worden met afwezigheidsattesten.
Ieder leerplichtig kind van 6 jaar en ouder moet elke schooldag van het schooljaar aanwezig zijn, ook als het nog in de kleuterklas zit. Behalve bij gewettigde afwezigheid.
Afwezigheid wegens ziekte
Als je kind langer dan drie opeenvolgende kalenderdagen ziek is, dan is een medisch attest vereist. Als je kind minder dan drie opeenvolgende kalenderdagen ziek is, dan is een briefje van de ouders voldoende. Zo'n briefje kan slechts vier keer per schooljaar geschreven worden door de ouders zelf.
De ouders verwittigen de school zo vlug mogelijk bij ziekte van hun kind.
Consultaties (zoals een tandartsbezoek) moeten zoveel mogelijk buiten de schooluren plaatsvinden.
Bij een chronische ziekte kun je contact opnemen met het school en het CLB.
Andere afwezigheden
In de volgende situaties kan de afwezigheid van je kind gewettigd zijn. Je hebt voor deze afwezigheden geen toestemming van de directeur nodig. Je moet wel een document of een verklaring kunnen voorleggen en de school tijdig verwittigen.
Het gaat over afwezigheden omwille van:
Het bijwonen van een begrafenis- of huwelijksplechtigheid van een naast familielid.
Het bijwonen van een familieraad.
De oproeping of dagvaarding voor de rechtbank.
Het vieren van een feestdag die hoort bij je geloof.
Als je kind om een andere reden afwezig zal zijn, kun je dit op voorhand met de directie bespreken. Het gaat daarbij bijvoorbeeld om afwezigheid omwille van een rouwperiode bij een overlijden, het actief deelnemen aan culturele of sportmanifestaties of deelname aan time-out projecten.
Luxeverzuim (afwezigheden vlak voor of na schoolvakanties) wordt behandeld als andere afwezigheden.
Problematische afwezigheden
De school houdt nauwkeurig de aan- en afwezigheden van leerlingen in het oog en houdt hierover contact met de ouders. Na meer dan 5 halve dagen problematische afwezigheid van een leerplichtig kind, start de school samen met het CLB een begeleidingstraject op om het kind regelmatig op school te krijgen.
2.5 Tijdelijk onderwijs aan huis
Als een kind meer dan 21 dagen niet naar school kan komen wegens een (chronische) ziekte of ongeval, dan heeft het recht op onderwijs aan huis en/of synchroon internetonderwijs. De ouders kunnen een schriftelijke aanvraag indienen hiervoor. De directeur zal dan op zoek gaan naar een leerkracht om dit kind 4 lestijden per week onderwijs aan huis te geven. De school maakt afspraken met deze leerkracht om de lessen af te stemmen op de klas van het kind. Eventueel neemt de school in overleg met de ouders contact op met de vzw Bednet. De school en de ouders maken concrete afspraken over opvolging en evaluatie.
3 Algemene leefregels en afspraken
3.1 Algemene principes
Hoffelijk en beleefd
Onze school is in de eerste plaats een gemeenschap waar mensen zich ontwikkelen. Er wordt samengewerkt in een open klimaat, waarbij alle betrokkenen hun eigen verantwoordelijkheid moeten opnemen. Dat kan slechts in een sfeer van respect voor elkaar. Beleefdheid en hoffelijkheid zijn dan ook een opdracht voor iedereen, zowel ten aanzien van medeleerlingen, leraren, medewerkers van de school en ouders als ten aanzien van derden. Zaken zoals kloppen voor het binnengaan, volwassenen voorrang geven, deuren ophouden etc. proberen we in de praktijk echt vorm te geven. Pesten, schelden etc. worden niet getolereerd.
Schoolgebouwen en materiaal
Respect voor de schoolgebouwen en het materiaal is vanzelfsprekend. Iedereen houdt de gebouwen ordelijk en beschadigen niets. Afval proberen we eerst en vooral te vermijden door duurzame materialen te gebruiken. Het niet te vermijden afval hoort in de juiste vuilnisbak. Uiteraard brengt iedereen ook respect op voor alle materialen, zowel van onszelf als van anderen. Daarom laat niemand iets rondslingeren, anders geraken dingen verloren of beschadigd. We nemen of gebruiken nooit iets zonder toestemming van de eigenaar.
Meldpunt pesterijen
Door consequent om te gaan met afspraken op onze school en door het voorleven van goede omgangsvormen, hoopt de school onaangenaam gedrag tussen kinderen tot een minimum te herleiden. Indien zich toch pesterij voordoet, dan kan dit bij gelijk welke leerkracht of de directeur gemeld worden. Op onze school wordt elk signaal of elke klacht hierover van een kind of een ouder ernstig bekeken. We trachten in de klassen en op de school een groot gevoel van veiligheid en welbevinden te creëren, zodat iedereen zich thuis kan voelen. Elke pesterij zal onmiddellijk aangepakt worden, waarbij de aandacht zowel zal gaan naar het (de) kind(eren) dat (die) pest(en) als naar het (de) kind(eren) dat (die) gepest worden.
Overleg met de leerlingen
Aangepast aan de leeftijd bespreken de leerkrachten in de klas de verschillende aspecten van het samenleven op school (in de klas, op het plein en bij een feest of uitstap). Mocht zich een speciaal thema aandienen, dan kan een gesprek plaatsvinden in andere samenstellingen dan in klassenverband. Leerlingen van de hoogste klassen kunnen om zo'n overlegmoment vragen.
3. 2 Afspraken
Wat hoort er niet thuis op school?
Eigen speelgoed blijft thuis.
Computerspelletjes, een telefoon of tablet en andere gelijkaardige apparatuur horen niet thuis op onze school. De school kan niet verantwoordelijk worden gesteld bij schade, verlies of diefstal. Daarom willen wij deze dingen niet op school. Ook werkt dit sociale ongelijkheid in de hand.
Ook snoep en strips blijven thuis, en alle andere dingen die ronduit gevaarlijk zijn zoals zakmessen.
3.3 Ordemaatregelen
Klassenregels en speeltijdregels zijn voorwaarden voor basisveiligheid en orde in de klas en tijdens de speeltijd. Deze regels zijn een onmisbare hulp voor de kinderen om de gegeven, vaak samen opgestelde grenzen, te eerbiedigen. De lesgevende leerkracht is de eerst verantwoordelijke om de orde te handhaven en een positieve leerhouding te stimuleren. Evenzo is de leerkracht of vrijwilliger die speelwacht heeft de eerstverantwoordelijke voor de handhaving van orde tijdens de speeltijd en moedigt deze respectvol speelgedrag aan. De eerst verantwoordelijke beslist over te nemen strafmaatregelen en ziet ook toe op de uitvoering daarvan. In tweede instantie wordt de klasleerkracht of een collega geraadpleegd. In de pedagogische vergadering vindt met regelmaat afstemming plaats over handhaving van de orde in de klas en tijdens de speeltijd.
3.4 Tuchtmaatregelen
Wanneer grensoverschrijdend gedrag van een leerling problematisch blijft, wordt de klassenraad geraadpleegd, de pedagogische vergadering en wordt de directeur geïnformeerd. Ook de ouders worden in dat stadium op de hoogte gebracht. Het gaat erom gezamenlijk tot een beter begrip te komen van het gedrag van de leerling(en) om met elkaar tot een pedagogisch en effectief antwoord te komen.
Er vindt een samenkomst plaats tussen de leerkracht en de leerling in de zin van een helpend gesprek, waar ruimte voor reflectie en bezinning gemaakt wordt en het kind zich gezien voelt. Met als doel dat de hierdoor ontstane inzichten het kind tot groei bewegen en hem/haar helpen de eigen reacties en gevolgen ervan beter te begrijpen. Er worden afspraken gemaakt over hoe er verder gegaan kan worden, deze worden schriftelijk vastgelegd en er worden praktische-pedagogische maatregelen genomen om de opgetreden schade te repareren.
Wanneer het gedrag van een leerling een gevaar of ernstige belemmering vormt voor de goede werking van school of voor de fysieke of psychische veiligheid en integriteit van zichzelf, medeleerlingen, personeelsleden of anderen, dan kan de directeur of zijn afgevaardigde een tuchtmaatregel nemen.
Mogelijke tuchtmaatregelen zijn:
een tijdelijke uitsluiting van minimaal één schooldag en maximaal vijftien opeenvolgende schooldagen;
een definitieve uitsluiting
In uitzonderlijke situaties kan de directeur of zijn afgevaardigde bij het begin van de tuchtprocedure beslissen om een leerling preventief te schorsen. Deze bewarende maatregel dient om te kunnen nagaan of een tuchtsanctie aangewezen is. De beslissing tot preventieve schorsing wordt schriftelijk en gemotiveerd meegedeeld aan de ouders van de betrokken leerling. De directeur bevestigt deze beslissing in de brief waarmee de tuchtprocedure wordt opgestart. De preventieve schorsing gaat onmiddellijk in en duurt in principe niet langer dan vijf opeenvolgende schooldagen. Uitzonderlijk kan deze periode eenmalig met vijf opeenvolgende schooldagen verlengd worden, indien door externe factoren het tuchtonderzoek niet binnen die eerste periode kan worden afgerond. De directeur motiveert deze beslissing.
Procedure tot tijdelijke en definitieve uitsluiting:
De directie wint het advies van de klassenraad in en stelt een tuchtdossier samen. In geval van een definitieve uitsluiting wordt de klassenraad uitgebreid met een vertegenwoordiger van het CLB die een adviserende stem heeft.
De leerling, zijn ouders en eventueel een vertrouwenspersoon worden schriftelijk uitgenodigd voor een gesprek met de directeur. De uitnodiging moet minstens vijf dagen vooraf bezorgd worden aan de ouders. Intussen hebben de ouders en hun vertrouwenspersoon inzage in het tuchtdossier, met inbegrip van het advies van de klassenraad. Na het gesprek neemt de directeur een beslissing. Deze beslissing wordt schriftelijk gemotiveerd en binnen een termijn van vijf dagen aangetekend aan de ouders van de betrokken leerling bezorgd. De beslissing vermeldt de beroepsmogelijkheden.
Als ouders geen inspanning doen om hun kind in een andere school in te schrijven, krijgt de definitieve uitsluiting effectief uitwerking na één maand (vakantiedagen niet meegerekend). Is het kind één maand na de schriftelijke kennisgeving nog niet in een andere school ingeschreven, dan is onze school niet langer verantwoordelijk voor de opvang van de uitgesloten leerling. Het zijn de ouders die erop moeten toezien dat hun kind aan de leerplicht voldoet. Het CLB kan mee zoeken naar een oplossing.
Opvang in de school
Wanneer het kind tijdens een tuchtprocedure preventief geschorst wordt of na de tuchtprocedure tijdelijk wordt uitgesloten, is het kind in principe op school aanwezig, maar neemt die geen deel aan de activiteiten van zijn leerlingengroep. De directeur kan beslissen dat de opvang van het kind niet haalbaar is voor de school. Deze beslissing wordt schriftelijk en gemotiveerd bekend gemaakt aan de ouders. Het kind is in dat geval gewettigd afwezig.
In geval van een definitieve uitsluiting heeft de uitgesloten leerling één maand de tijd om zich in een andere school in te schrijven. In afwachting van deze inschrijving is het kind in principe op school aanwezig, maar neemt die geen deel aan de activiteiten van zijn leerlingengroep. De directeur kan beslissen dat de opvang van het kind niet haalbaar is voor de school. Deze beslissing wordt schriftelijk en gemotiveerd bekend gemaakt aan de ouders. Het kind is in dat geval gewettigd afwezig.
3.5 Beroepsprocedure
Binnen vijf dagen na ontvangst van de beslissing tot tijdelijke uitsluiting kunnen ouders schriftelijk beroep indienen bij de voorzitter van de interne beroepscommissie. De interne beroepscommissie komt samen binnen vijf dagen na ontvangst van het beroep. De leerling en de ouders worden opgeroepen om te verschijnen voor deze interne beroepscommissie. Intussen hebben de ouders inzage in het dossier. De interne beroepscommissie brengt de ouders binnen vijf dagen per aangetekende brief op de hoogte van haar gemotiveerde beslissing. Deze beslissing is bindend voor alle partijen.
Indien ouders beroep willen aantekenen tegen de definitieve uitsluiting, kunnen zij dit schriftelijk doen bij de voorzitter van het schoolbestuur en dit binnen vijf dagen na ontvangst van de beslissing. Het verzoekschrift moet aan de volgende voorwaarden voldoen:
Het verzoekschrift is gedateerd en ondertekend;
Het verzoekschrift bevat het voorwerp van beroep met feitelijke omschrijving en motivering waarom de definitieve uitsluiting betwist wordt. Hierbij kunnen overtuigingsstukken toegevoegd worden.
Wanneer het schoolbestuur een beroep ontvangt, zal het een beroepscommissie samenstellen. In de beroepscommissie, die het beroep behandelt, zitten zowel mensen die aan de school of het schoolbestuur verbonden zijn als mensen die dat niet zijn. Het gaat om een onafhankelijke commissie die de klacht van de ouders grondig zal onderzoeken. De commissie streeft in zijn oordeel naar consensus. De ouders worden binnen tien dagen nadat het schoolbestuur het beroep heeft ontvangen, uitgenodigd voor een gesprek. De schoolvakanties schorten de termijn van tien dagen op. De ouders worden geïnformeerd over wie de leden van de beroepscommissie zijn. De beroepscommissie zal de betwiste beslissing ofwel bevestigen ofwel vernietigen ofwel het beroep gemotiveerd afwijzen wegens het niet naleven van de vormvereisten. Het schoolbestuur zal de gemotiveerde beslissing binnen een termijn van vijf dagen met een aangetekende brief aan de ouders meedelen. De beslissing is bindend voor beide partijen. Het beroep schort de uitvoering van de beslissing niet op.
3.5 Rookverbod
Vanaf 1 september 2018 is er een rookverbod op het hele schoolterrein en dit ten alle tijden. Ook buiten de schooluren. Ook de e-sigaret valt onder deze regeling.
3.6 Afspraken rond sponsoring en reclame
Volgende algemene principes gelden in het onderwijs:
de door de school aangeboden leermiddelen en verplichte activiteiten moeten vrij blijven van reclame;
bij facultatieve activiteiten mag verwezen worden naar een bedrijf of merknaam indien dankzij sponsoring de activiteit kan aangeboden worden aan een verminderde prijs;
reclame en sponsoring moeten verenigbaar zijn met de pedagogische doelstellingen en onderwijskundige taken van de school;
reclame en sponsoring mogen de objectiviteit, de geloofwaardigheid, de betrouwbaarheid en de onafhankelijkheid van de school niet in het gedrang brengen.
Een eventuele samenwerking met sponsors kan in onze school indien de sponsor op duurzame wijze diensten of producten aanbiedt en de ecologische gedachte in de praktijk brengt.
4 Ongevallen
4.1 Medicatie
Medicatie wordt niet toegediend op school. Indien er toch medicijnen moeten toegediend worden, dienen de ouders een ondertekend 'Attest medicijngebruik' af te geven op school. Ouders vullen bij het begin van het schooljaar een medische fiche in die op het secretariaat wordt bewaard.
4.2 Ongevallen met kinderen
Wanneer uw kind een ongeval heeft op school en de verwondingen door een arts moeten worden verzorgd, zal de school de ouders proberen te bereiken en vragen zelf naar een arts van uw keuze te gaan. Indien de school u niet kan bereiken, zullen wij een arts uit de onmiddellijke omgeving van de school raadplegen (of de dienst spoedgevallen van een ziekenhuis in de buurt.)
4.3 Preventie
Kinderen met koorts horen niet op school. Houd zieke kinderen zoveel mogelijk thuis en gun hen rust om spoedig te herstellen.
5 Financiering van het onderwijs
5.1 Subsidie en vrijwillige ouderbijdrage
Wij worden door de Vlaamse overheid gesubsidieerd als vrij onderwijs. We krijgen een lestijdenpakket en werkingstoelagen op basis van het aantal leerlingen.
Er is echter nood aan meer gelden om ons eigen concept te kunnen realiseren. De ouders en medewerkers van de school staan dus elk jaar voor de opgave om door hun gezamenlijke inzet voor initiatieven en via vrijwillige ouderschenkingen de doelen te realiseren en verder uit te bouwen. Meer informatie hieromtrent ontvangt u ieder schooljaar vanuit de ouderwerking.
5.2 Schoolbenodigdheden
De schoolbenodigdheden die noodzakelijk zijn voor het realiseren van de eindtermen en het nastreven van de ontwikkelingsdoelen worden kosteloos door de school ter beschikking gesteld. Bij verlies of beschadiging van deze schoolbenodigdheden worden de kosten wel aan de ouders aangerekend (blokfluit, vulpen etc..). Ouders moeten zelf instaan voor het materiaal dat als persoonlijk eigendom van hun kind kan worden beschouwd (turn- en zwemkledij, boekentas, pennenzakken, brooddoos, thermos, regenpak, regenkaarten, sloffen...). De lijst van benodigdheden wordt elk jaar aan de ouders gecommuniceerd.
5.3 Schooltoelage
De Vlaamse overheid geeft schooltoelagen aan leerlingen vanaf de kleuterklas. Op de website www.schooltoelagen.be kan je digitaal een formulier invullen en kun je ook alle informatie lezen. Je kunt ook een papieren aanvraagformulier downloaden en handgeschreven ingevuld indienen. Deze formulieren zijn ook bij het secretariaat verkrijgbaar. Leerlingen die onvoldoende aanwezig zijn, verliezen het recht op schooltoelage. Aanvragen voor dit schooljaar kunnen gebeuren vanaf 1 september 2024 tot 30 juni 2025. Dat kan online of via de post. Ouders die hulp willen bij het indienen van een aanvraag kunnen bellen naar 1700: het gratis nummer van de Vlaamse overheid.
6 Privacy
Onze school hecht veel belang aan de privacy van leerlingen, ouders en medewerkers die betrokken zijn bij de dagelijkse werking van de school. Onze school verwerkt dan ook uitsluitend persoonsgegevens voor zover die noodzakelijk zijn voor de goede vervulling van onze opdracht als school.
Het aanspreekpunt informatieveiligheid op onze school is Luc Beck
Hij/zij adviseert en ondersteunt de school en het schoolbestuur bij de naleving van de verordening. Het aanspreekpunt zorgt om het informatie veiligheids- en privacy beleid op school te implementeren.
Hij is bereikbaar als contactpersoon voor de DPO (overkoepelende veiligheid assistent) - indien er een data-lek is neemt hij/zij de nodige maatregelen. Jij/zij informeert personeel over correct omgaan met datagegevens en personeel kan bij hem/haar ook terecht met vragen.
6.1 Welke informatie houden we over je bij?
We verzamelen bij de inschrijving en doorheen de schoolloopbaan heel wat leerling gegevens :
identificatiegegevens met i.h.b.(in het bijzonder) voornaam en naam, roepnaam, een pasfoto, het rijksregisternummer, gezinssamenstelling, voorrang- en indicatorfactoren);
- persoonlijke kenmerken (met i.h.b. geboortedatum, geboorteplaats, geslacht, nationaliteit)
- privé contactgegevens (met i.h.b. telefoonnummer(s), adresgegevens, email)
- evaluatiegegevens (met i.h.b. puntenboeken, remediëring, rapporten, rapportcommentaren)
- gezondheidsgegevens: lichamelijk, psychisch, risicosituaties en -gedragingen (met het oog op begeleiding)
- opleiding en vorming (met i.h.b. vorige scholen, gevolgde richtingen, attesten, deliberatiebeslissingen, -motivaties en -verslagen, getuigschriften en diploma's)
- aanwezigheid en discipline (met i.h.b. afwezigheidsbewijzen, sancties, tucht)
- afbeeldingen (die niet administratief gebruikt worden)
Deze gegevens dienen voor diverse doeleinden:
leerlingenrekrutering; - leerlingenadministratie; - leerlingenbegeleiding; - leerlingenevaluatie; - public relations
We vragen alleen gegevens van je op als dat nodig is voor de leerlingenadministratie en leerlingenbegeleiding. Deze gegevens zijn enkel beschikbaar voor directie en administratie of leerkrachten waar nodig. We gaan zorgvuldig om met de privacy van onze leerlingen.
De verzamelde persoonsgegevens verwerken we met de schoolsoftware van de firma Informat en met Questi. We maken met de softwareleverancier afspraken over het gebruik van die gegevens. De leverancier mag de gegevens niet gebruiken voor eigen commerciële doeleinden.
De persoonsgegevens worden digitaal bewaard en veilig opgeslagen. We zien erop toe dat niet iedereen zomaar toegang heeft tot jouw gegevens. De toegang is beperkt tot de personen die betrokken zijn bij de begeleiding zoals de klassenraad, het CLB, de ondersteuners,…
Om gepast te kunnen optreden bij risicosituaties, kunnen we uitzonderlijk ook gegevens over je gezondheidstoestand verwerken, maar dat gebeurt enkel met de schriftelijke toestemming van de leerling of de ouders. De leerling of de ouder kan die toestemming ook op elk moment terug intrekken.
6.2 Recht op inzage
De privacywet geeft je het recht te weten welke gegevens de school over jou bewaart. De informatie mag bovendien enkel gebruikt worden in functie van de onderwijsloopbaan van de leerling.
De privacywet geeft je recht op :
- informatie: je mag vragen welke gegevens van je er verwerkt worden en wie er toegang toe heeft (zie ook verwijzing in § 2.6), waarom de school die persoonsgegevens nodig heeft of gebruikt en hoe lang ze bewaard worden;
- op inzage, toelichting: Je kan als ouder ook zelf gegevens opvragen die we over je kind bewaren. Je kan inzage en uitleg krijgen bij die gegevens. Ook kan je een (digitale) kopie ervan opvragen. Dat kan door schriftelijk contact op te nemen met de directeur. We kunnen geen gegevens doorgeven die betrekking hebben op anderen, zoals medeleerlingen. Iedere kopie dient persoonlijk en vertrouwelijk behandeld te worden. Een kopie mag niet verspreid worden noch publiek worden gemaakt. De informatie mag bovendien enkel gebruikt worden in functie van de onderwijsloopbaan van de leerling;
- verbetering: indien je fouten in jouw gegevens vindt, mag je vragen om dit aan te passen. Je kan ook aanvullingen toevoegen aan jouw gegevens;
- gegevensuitwissing: je kan vragen dat gegevens, die niet (meer) strikt noodzakelijk zijn voor de school, permanent en volledig verwijderd worden;
- beperking van de verwerking: indien je bezwaar hebt (zie verder) tegen de verwerking van bepaalde gegevens, kan je vragen om deze verwerking te stoppen;
- overdraagbaarheid van gegevens: indien je bepaalde gegevens wenst over te dragen naar een nieuwe school of andere werkgever, dan faciliteert de school dit (in de mate van het mogelijke); - recht van bezwaar: indien je niet akkoord gaat met de grondslag van een verwerking of met de manier waarop bepaalde gegevens van u verwerkt worden, kan u zich hiertegen verzetten;
- niet te worden onderworpen aan geautomatiseerde besluitvorming: wanneer de school algoritmes gebruikt om, zonder tussenkomst van mensen, bepaalde gevolgen te trekken uit (een deel van) uw gegevens (zie § 3.3), dan kan u zich hiertegen verzetten;
- zijn/haar toestemming in te trekken: indien men u voor bepaalde verwerkingen de toestemming gevraagd heeft, kan u ten allen tijde kiezen om deze niet meer te verstrekken.
6.3 Wat bij schoolverandering?
Als je beslist om van school te veranderen, verwittig je ons onmiddellijk. Wanneer je van school verandert, geven wij het leerlingendossier door aan de nieuwe school. Je kan vragen om deze gegevens in te kijken. We geven geen informatie door als je dat niet wenst, tenzij we daartoe wettelijk verplicht zijn. Zo zijn we bijvoorbeeld verplicht om een kopie van een eventueel gemotiveerd verslag of een verslag dat toegang geeft tot het buitengewoon onderwijs, aan de nieuwe school te bezorgen.
Ouders krijgen 15 dagen de tijd vanaf de inschrijvingsdatum om verzet tegen de gegevensoverdracht aan te tekenen.
6.4 Schoolverandering tussen twee schooljaren
Indien je kind van school verandert tussen twee schooljaren in, zal de overheid dit melden op 1 juli aan de school waar je kind school liep. Als de schoolverandering niet ingaat op 1 september blijft de leerling ingeschreven in de oude school.
6.5 Informatie-uitwisseling tussen basis- en secundair onderwijs
De informatie-uitwisseling tussen het basisonderwijs en het secundair onderwijs gebeurt van school tot school. De overdracht gebeurt enkel voor die gegevens die betrekking hebben op de onderwijsloopbaan van de leerling. Ouders kunnen zich verzetten tegen deze automatische gegevensoverdracht, nadat ze – op hun verzoek – deze gegevens hebben ingezien. Scholen zijn wel verplicht om een kopie van een (gemotiveerd) verslag van een CLB over maatregelen voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften bij schoolverandering over te dragen
De basisscholen krijgen automatisch informatie over de secundaire scholen waar hun vroegere leerlingen zijn ingeschreven.
6.6 Publicatie van beeld- en geluidsopnamen
Wij publiceren geregeld foto's van leerlingen op onze website. Met die opnames willen we geïnteresseerden op school en daarbuiten op een leuke wijze informeren over onze activiteiten. De personen die de opnames maken zullen dat steeds doen met respect voor wie op die beelden staat. We letten erop dat de beeldopnamen niet aanstootgevend zijn.
Bij het begin van het schooljaar vragen wij toestemming voor het maken en publiceren van deze beeld- of geluidsopnames. Ook hiervoor kan je altijd je toestemming nog intrekken.
We wijzen erop dat deze regels ook voor de ouders gelden: volgens de privacywet mag je beeld- of geluidsopnamen waarop leerlingen, personeelsleden van de school of andere personen herkenbaar zijn, niet maken, publiceren of doorsturen tenzij je de uitdrukkelijke toestemming hebt van alle betrokkenen.
Op school mogen enkel personeelsleden of personen die daarvoor een opdracht hebben gekregen, beeld- of geluidsopnames maken.
7 Verzekeringen en aansprakelijkheid
7.1 Aansprakelijkheid
Zodra de ouders hun kind komen ophalen is de ouder verantwoordelijk voor het kind. Een kind dat te voet of per fiets naar huis gaat neemt de kortste of veiligste weg naar huis. Bij open schoolfeesten buiten de schooltijden vragen wij met aandrang ons huisreglement te respecteren en als ouder zelf toezicht op uw kinderen te houden. De school heeft een gezamenlijke verzekering afgesloten. Bij ongevallen op school, tijdens de schooluren, verzorgt het secretariaat de administratieve afhandeling. Onze school sloot de verplichte en enkele bijkomende polissen af. De polis voor burgerlijke aansprakelijkheid bij lichamelijke of materiële schade aan derden tijdens de schoolactiviteiten dekt ook ouders, voogden en personen die toezicht hebben over leerlingen. De polis ligt ter inzage op het secretariaat. De polis voor lichamelijke ongevallen van leerlingen vergoedt de behandelingskosten van lichamelijke letsels overkomen aan de leerlingen, na tussenkomst van ziekte- en invaliditeitsverzekering. Deze waarborg geldt tijdens de schoolactiviteiten en op de normale weg van en naar school (indien te voet of per fiets.)
7.2 Verzekering vrijwilligers
De school heeft een verzekeringscontract afgesloten tot dekking van de lichamelijke schade die geleden is door vrijwilligers tijdens de uitvoering van het vrijwilligerswerk of op de weg naar- en van de activiteiten. De polis ligt ter inzage op het secretariaat. De school is aansprakelijk voor de schade die de vrijwilliger aan derden veroorzaakt bij het verrichten van vrijwilligerswerk. Ingeval de vrijwilliger bij het verrichten van vrijwilligerswerk de school of derden schade berokkent, is hij zelf aansprakelijk voor zijn bedrog en zijn zware fout. Voor zijn lichte fout is hij enkel aansprakelijk als die hem eerder gewoonlijk dan toevallig voorkomt.
8 Klachten
Het streven naar rechtstreekse gesprekken is een wezenlijk deel van de samenwerking op alle gebieden.
Toch is het goed om een werkwijze te voorzien die helpt om situaties waar het gesprek vastgelopen is, weer in beweging te brengen.
Stappen
In eerste instantie proberen we dus steeds de zorg of het probleem in een rechtstreeks gesprek tussen betrokkenen aan te pakken.
Als er op deze manier geen oplossing komt, kan men de directie aanspreken, die bij de betrokkenen nagaat wat de standpunten zijn, de kink in de kabel opspoort, en tips en advies geeft om het probleem op te lossen. Als de situatie niet uitgeklaard wordt, gaat men over naar stap 3.
Men spreekt het schoolbestuur aan via telefoon of mail naar een bestuurslid, die de situatie aan het bestuur voorlegt. Na overleg kan het bestuur ertoe besluiten om voorafgaande stappen te herhalen, of de klachtenprocedure te starten – stap 4.
a) Betrokkenen zoeken een vertrouwenspersoon uit de schoolgemeenschap. Bedoeling is het draagvlak voor het gesprek en de objectiviteit te vergroten. De vertrouwenspersoon neemt het proces in handen. De werkwijze kan per situatie verschillen, maar het komt erop aan dat iedereen de ruimte krijgt om zijn beeld van de situatie te geven en zijn zorg of vraag te formuleren. Vaak werkt het goed om na enkele dagen een tweede bijeenkomst af te spreken, waarna de vertrouwenspersoon een advies formuleert.
b) Het advies van de vertrouwenspersoon wordt besproken en bekrachtigd door het schoolbestuur.
9 Engagementsverklaring
9.1 Deelname ouderavonden en oudergesprekken
Onze school vindt een goed, open en direct contact met de ouders heel belangrijk. Het is namelijk onze overtuiging dat kinderen zich alleen op een gezonde manier kunnen ontwikkelen als de ouders actief geïnteresseerd zijn in wat er in de klas en op de school gebeurt. Wij organiseren dan ook regelmatig, en minstens tweemaal per schooljaar en per klas, ouderavonden waarop alle ouders uitgenodigd worden. Deze ouderavonden creëren voor de ouders uitgelezen kansen om met de leerkracht te spreken over hun kind, over de klas, over de inhoud van de les en over de evolutie van hun kind. Het is voor onze school vanzelfsprekend dat ouders aanwezig zijn op alle ouderavonden en op andere contactmomenten. Wie uitzonderlijk niet aanwezig kan zijn, wordt gevraagd zich expliciet te verontschuldigen bij de klasleerkracht.
De ouderavonden en oudergesprekken worden aangekondigd in de jaarkalender, en verder in de loop van het jaar in de nieuwsbrief. De uitnodiging voor oudergesprekken ontvangt u van de leerkracht.
9.2 Aan- en afwezigheid van het kind
Wij vragen dat de ouders zich engageren om hun kinderen 's morgens op tijd naar school te brengen. Tevens vragen wij de ouders dat ze elke afwezigheid melden en dat ze ons snel het ziektebriefje bezorgen. Wij wijzen er verder ook nog op dat een toegekende schooltoelage teruggevraagd wordt indien het kind onvoldoende aanwezig is op school.
9.3 Deelname aan alle vormen van individuele begeleiding
We vragen de ouders om op een positieve manier mee te werken aan het zorgbeleid op onze school. De school engageert zich om ouders actief te betrekken bij besprekingen over hun kind(eren). Wij verwachten van de ouders ook dat zij hun deel van de gezamenlijke zorg voor het kind op zich nemen.
9.4 Taal engagement en onderwijstaal op school.
De onderwijstaal op onze school is Nederlands. Wij verwachten dat ouders van anderstalige kinderen die kiezen voor onze school, zich ertoe engageren om hun kind aan te moedigen Nederlands te leren. Dit kan bijvoorbeeld ook door extra buitenschoolse activiteiten te kiezen voor het kind waar Nederlands de voertaal is.
Wanneer kinderen een achterstand vertonen in taal verwachten we van de ouders dat ze positief staan ten aanzien van extra initiatieven en maatregelen taaltraject en/of taalbad die de school neemt om de taalachterstand van hun kind weg te werken.
Het belang van deze afspraken wordt onderstreept door de wettelijke verplichting om dit op te nemen in het schoolreglement. Door de ondertekening van het schoolreglement engageert u zich als ouder om deze afspraken na te leven.
DEEL IV Praktische informatie
1 Brengen en halen
Brengen:
Kinderen kunnen op school afgezet worden tussen 8u15 en 8u30.
Het onthaalmoment is een belangrijk moment in de schooldag. Daarom is het cruciaal dat je zoon/dochter tijdig op school is.
Kleuters & peuters:
Breng je kind tot in de klas.
Ophalen:
Op maandag, dinsdag, donderdag en vrijdag tussen 15u05 en 15u20.
Woensdag tussen 12u00 en 12u15.
Je wacht als ouder op de speelplaats tot je kind naar buiten komt.
Eenmaal je je kind hebt opgehaald valt het onder jouw verantwoordelijkheid om ervoor te zorgen dat jullie de school op een rustige en respectvolle manier verlaten.
Wordt je kind door iemand anders opgehaald, verwittig vooraf de leerkracht met de naam en familienaam van de persoon die komt. Als de leerkracht niet op de hoogte is, zal hij/zij je bellen alvorens je kind met iemand anders mee te geven.
Gelieve ALTIJD het hek te sluiten voor de veiligheid van onze kinderen!
2 Eten, drinken en tussendoortjes
Meegeven:
Dagelijks een stuk fruit, geschild indien nodig.
Boterhammen of lunch in herbruikbare brooddoos zonder zilverpapier.
Hervulbaar flesje met water
Niet meegeven: koek, chocolade, snoep, gezoete drankjes zoals limonade en chocomelk.
3 Verjaardagen en traktaties
Jarig zijn is voor een kind een bijzondere gebeurtenis. De leerkracht zorgt voor een feestelijk moment ter ere van de jarige.
Wat te doen:
Afspreken met de leerkracht wanneer de verjaardag op school gevierd wordt.
Eenvoudige gezonde traktatie meegeven. Let hierbij op onze ecologische en biologisch schoolvisie.
Indien de keuze voor een kadootje valt, let hierbij dan evenzeer op ecologische schoolvisie.
Gelieve het gebruik van plastiek te vermijden of te minimaliseren.
4 Toegang school
Heb je toegang tot de school nodig dan neem je enkele dagen op voorhand contact op met het secretariaat.
5 Parkeren
Parkeren gebeurt op de betreffende parking op het domein.
6 Kleding
De kinderen spelen elke dag buiten en ze gaan iedere woensdag naar het bos. Daarom is het belangrijk dat je kind seizoensgebonden speelkledij draagt die tegen een stootje kan en comfortabel zit.
Winter:
waterdichte winterjas
warme muts
waterdichte wanten met koord (geen elastiek!) vastgemaakt aan de jas
(gevoerde) regen- of skibroek. Geen salopette!
gevoerde regenlaarzen
Zomer:
zonnehoedje
kind ingesmeerd met zonnecrème naar school brengen. Op school gebruiken de leraren hoogwaardige biologische zonnecrème om de kinderen in te smeren indien deze niet meegegeven is door de ouders.
7 Jaarfeesten
De jaarfeesten lopen als een rode draad door het schooljaar heen. Bij enkele vieringen vragen wij de ouders aanwezig te zijn:
Kleuters & peuters
Lagere school
Sint Maarten
x
x
Palmpasen
x
x
Sint Jan
x
x
7 Schoolteam en aanwezigheden
Wie doet wat, wanneer en hoe kan je ons contacteren, al deze info kan je hier vinden. Dus alles wat je nodig hebt om een sterk team optimaal te laten functioneren, namelijk de middelen om de juiste informatie bij de juiste persoon te krijgen en om de vragen aan de juiste personen te stellen om correcte informatie te krijgen.
Leerkracht Kleuters & Peuters
Leerkracht
Klas
Kim Cheyns
Peuter - en kleuterklas
Leerkrachten Lagere School
Leerkracht
Klas/vak
Els Bloemen
1, 2, 3, 4, 5
Meike de Nooy
1, 2, 3, 4, 5
Secretariaat Het Leerhuis
Telefoonnummer
Elke De Plecker
secretariaathetleerhuis@gmail.com
0477 825790
Coördinerend Personeel Hoofdschool Tervuren
Naam en functie
Telefoonnummer
Luc Beck
directie hoofdschool
directie@steinerschooltervuren.be
02 366 31 77
DEEL V BIJLAGEN
BIJLAGE 1 Centrum voor Leerlingenbegeleiding (CLB)
Onze school werkt samen met:
Vrij CLB Bree
Centrum voor Leerlingenbegeleiding voor Vrij en Gemeentelijk Onderwijs
In elke school is een CLB-team gezamenlijk verantwoordelijk voor de begeleiding. De CLB-anker is het aanspreekpunt voor leerlingen, ouders en leerkrachten en is op bepaalde vaste tijdstippen aanwezig op school. De arts en verpleegkundige staan in voor de systematische contactmomenten (de vroegere medische onderzoeken),vaccinaties en vragen over gezondheid. De namen en contactgegevens van de CLB-medewerkers van onze school vind je:
op de website van Vrij CLB Bree > praktisch > scholen);
Waarvoor kan je bij het CLB terecht?
Het CLB heeft als opdracht om leerlingen te begeleiden in hun functioneren op school en in de maatschappij. Dat kan informatie, advies, diagnostiek of begeleiding zijn op de volgende domeinen:
Leren en studeren: als het leren op school niet wil vlotten.
Onderwijsloopbaan: als je op zoek bent naar informatie over studierichtingen of scholen en als kiezen moeilijk is.
Preventieve gezondheidszorg: als je vragen hebt over je lichamelijke ontwikkeling, gezonde leefgewoonten of gezondheidsproblemen.
Psychisch en sociaal functioneren: als je je niet goed in je vel voelt.
Als dat nodig is, zoekt de CLB-medewerker naar gepaste school externe hulp. Voor intensieve vormen van begeleiding binnen de integrale jeugdhulp kan het CLB een aanvraagdossier opstellen.
Het CLB heeft een bijzondere opdracht voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften. De CLB-medewerkers brengen in overleg met leerling, ouders en school de wenselijke aanpassingen in kaart. Ze kunnen onder bepaalde voorwaarden een gemotiveerd verslag opstellen dat recht geeft op ondersteuning vanuit het buitengewoon onderwijs of een verslag om buitengewoon onderwijs of een individueel aangepast curriculum in het gewoon onderwijs te volgen.
Om tijdig bepaalde gezondheids- of ontwikkelingsproblemen op te sporen, organiseert het CLB in bepaalde leerjaren een systematisch contactmoment (vroegere medisch onderzoek). In het basisonderwijs is dat het geval voor de leerlingen van de eerste kleuterklas, het eerste leerjaar, het vierde leerjaar en het zesde leerjaar. Deelname aan dit systematisch contactmoment is verplicht.
Leerlingen kunnen bij het CLB gratis bepaalde inentingen krijgen. Het CLB geeft ook advies bij besmettelijke ziekten. Inenten mag nooit gebeuren zonder toestemming van de ouders, gelieve het extern formulier hieromtrent in te vullen en te bezorgen aan de school!
In de loop van het schooljaar krijgen de betrokken leerlingen en ouders concrete informatie over de systematische contacten en het aanbod van inentingen. Gelieve de bijlage in te vullen over de keuze rond vaccinaties en deze ondertekend terug te bezorgen aan de school!
Hoe werkt het CLB?
CLB-medewerkers bieden hulp op jouw vraag of op vraag van je ouders of leerkrachten. Zij werken samen met jou aan oplossingen. Je beslist zelf over de stappen in de begeleiding. Je ouders worden zo veel mogelijk betrokken. Als de school een vraag tot begeleiding stelt, zal het CLB een begeleidingsvoorstel doen. De begeleiding wordt enkel gestart als jij (+12 jaar) of je ouders (-12 jaar) hiermee instemmen.
Leerlingen en ouders zijn verplicht hun medewerking te verlenen aan de systematische contactmomenten ( 5 keer per lagere schoolloopbaan), preventieve gezondheidsmaatregelen in verband met besmettelijke ziekten en de begeleiding bij afwezigheidsproblemen. Het systematisch contact gebeurt door de CLB-arts en verpleegkundige. In uitzonderlijke gevallen kan je vragen om het onderzoek niet te laten gebeuren door een bepaalde medewerker. Hiervoor neem je contact op met de directeur van het CLB.
Als CLB-medewerkers verontrust zijn omwille van een problematische leefsituatie of een vermoeden van kindermishandeling nemen zij in elk geval initiatief tot overleg of begeleiding.
De CLB-medewerkers van een school staan niet alleen. Binnen het CLB maken zij deel uit van een team van collega's. Zij overleggen regelmatig met elkaar.
De begeleiding van het CLB is gratis.
CLB-medewerkers hebben beroepsgeheim en gaan met respect om met alle informatie.
Het CLB-dossier
Het CLB maakt van elke leerling één multidisciplinair dossier aan van zodra de leerling een eerste keer in een school is ingeschreven. In het CLB-dossier worden de gegevens van de systematische contacten en begeleidingsgegevens genoteerd. Dit gebeurt volgens vastgelegde regels waarin veel aandacht is voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer.
Als je van een school komt die begeleid wordt door een ander CLB, wordt je dossier 10 werkdagen na je start in onze school automatisch bezorgd aan Vrij CLB Leuven. Als je dit niet wenst, moeten jij (+12 jaar) of je ouders (-12 jaar) binnen de 10 werkdagen schriftelijk verzet aantekenen bij het CLB dat je vorige school begeleidt. De volgende gegevens worden in elk geval overgedragen: identificatiegegevens, gegevens in het kader van de verplichte CLB-opdrachten (systematische contacten, afwezigheidsproblemen), een kopie van het gemotiveerd verslag (indien van toepassing), een kopie van het verslag dat toegang geeft tot buitengewoon onderwijs of een individueel aangepast curriculum in het gewoon onderwijs (indien van toepassing).
Jij (+12 jaar) of je ouders (-12 jaar) kunnen kennisnemen van de gegevens in je CLB-dossier. Dat gebeurt via een begeleide inzage met de betrokken CLB-medewerkers die de informatie in het dossier kunnen duiden. Je hebt geen toegang tot gegevens die de privacy van anderen schenden.
Wat te doen bij een besmettelijke ziekte?
Het CLB heeft een opdracht in het voorkomen van de verspreiding van besmettelijke ziekten. Om besmettingsrisico's te beperken moet de CLB-arts zo vlug mogelijk op de hoogte zijn van besmettelijke aandoeningen. Voor de volgende besmettelijke ziekten moet een melding gebeuren: bof, voedselinfectie, buiktyfus, difterie, escherichia coli infectie, hersenvliesontsteking (meningitis), hepatitis A, hepatitis B, impetigo (krentenbaard), kinkhoest, kinderverlamming (polio), mazelen, roodvonk, (scarlatina), schurft (scabies), schimmelinfectie van de huid, shigellose, tuberculose en corona. Bij twijfel nemen ouders best telefonisch contact met de CLB-arts.
De melding aan het CLB kan gebeuren door de ouders zelf, door de behandelende arts of door de schooldirectie als deze op de hoogte is. Voor dringende melding van infectieziekten buiten de kantooruren kan men de dienst infectieziektebestrijding contacteren op het nummer +32 89 46 97 30.
De CLB-arts zal via de school leerlingen en ouders informeren over de noodzakelijke maatregelen.
Samenwerking school-CLB
Het CLB is een partner in de leerlingenbegeleiding op school. De hulp van CLB is aanvullend op de zorg die de school zelf biedt aan leerlingen.
School en CLB maken afspraken over de leerlingenbegeleiding en maken hun aanbod bekend aan de leerlingen en hun ouders via verschillende kanalen (schoolbrochure, website, infoavond, …).
CLB-medewerkers werken onafhankelijk van de school maar kennen de school wel goed.
Als de interne zorg op school niet volstaat, bespreken de directie, de zorgcoördinator en de CLB-anker zorgvragen van leerlingen, ouders en leerkrachten en maken ze afspraken over verdere stappen in de begeleiding.
School en CLB kunnen gegevens uitwisselen over leerlingen voor zover die voor de begeleiding op school noodzakelijk zijn. Het CLB mag enkel informatie uit het CLB-dossier doorgeven aan de school als de leerling (+12 jaar) of ouders (-12 jaar) hiermee instemmen.
De school heeft recht op begeleiding door het CLB. Het CLB kan bepaalde problemen in het beleid van de school signaleren of de school op de hoogte brengen van bepaalde behoeften van de leerlingen. De school heeft ook recht op ondersteuning bij problemen van individuele leerlingen of een groep leerlingen. Tegen deze signaalfunctie en consultatieve ondersteuning door het CLB kunnen de leerling of ouders zich niet verzetten.
BIJLAGE II akkoordverklaring
KENNNISNAME en AKKOORD met schoolreglement en met het PEDAGOGISCH PROJECT.
Hierbij bevestig ik/bevestigen wij
de heer en/of mevrouw,
________________________________________________________________________
(naam)
ouder/ouders van
________________________________________________________________________
(naam van alle kinderen van het gezin in de school)
dat ik kennis heb genomen / dat wij kennis hebben genomen van de volledige tekst van het project en het schoolreglement zoals beschreven in 'Schoolreglement Steinerschool Het Leerhuis" 2024-2025
Ik ga/wij gaan ermee akkoord dit geheel als een beschrijving te zien van de pedagogische en organisatorische afspraken die gelden tussen de ouders en de school. Het schoolreglement zelf houden wij als naslagwerk bij de hand.
De ondertekening slaat op het pedagogisch project en op alle elementen van het schoolreglement die voorkomen in Deel II. Om dit akkoord te bevestigen bezorg ik/bezorgen wij deze pagina ondertekend terug.
de ouder/de ouders,
Datum: Handtekening: